Alles over waterkwaliteit

Alles over waterkwaliteit

minuten lezen
Een heldere vijver met gezonde koi en volop leven is voor veel liefhebbers het middelpunt van de tuin. Het zorgt niet alleen voor een prachtige uitstraling, maar ook voor rust en ontspanning. Toch krijgt vrijwel iedere vijver vroeg of laat te maken met problemen: het water wordt troebel of groen, er ontstaan draadalgen of er hangt een muffe geur. Dit zijn signalen dat het biologisch evenwicht is verstoord. In dit artikel leest u hoe u dat evenwicht kunt opbouwen, bewaken en, als het misgaat, snel en duurzaam herstellen. Door de juiste kennis en aanpak creëert u een stabiel ecosysteem waarin vissen en planten optimaal floreren en u jarenlang plezier heeft van uw vijver.

Wat is een kristalheldere vijver?

Een kristalheldere vijver is meer dan alleen water waarin u de bodem en vissen kunt zien. Het is het resultaat van een stabiel ecosysteem waarin bacteriën, zuurstofplanten en een goed functionerend filtersysteem samenwerken. Afvalstoffen worden afgebroken, schadelijke stoffen worden omgezet in onschadelijke verbindingen en zweefalgen krijgen geen kans.

Helder water betekent niet automatisch dat het water schoon of gezond is. Zelfs in een vijver die er glashelder uitziet, kunnen te hoge nitraat- of fosfaatwaarden aanwezig zijn die op termijn tot problemen leiden. Daarom blijft meten essentieel, ook als het water er goed uitziet. Een gezonde vijver herkent u aan actieve, levendige vissen, een frisse geur en een stabiele groei van planten. Signalen van disbalans zijn onder andere groen of melkachtig water, draadalgen aan de wanden, schuimvorming aan het oppervlak of vissen die sloom gedrag vertonen.

Biologisch evenwicht: zo werkt het

Het hart van iedere vijver is het biologisch evenwicht. Dit evenwicht draait om de stikstofcyclus. Afvalstoffen zoals bladeren, voerresten en uitwerpselen van vissen worden eerst afgebroken tot ammonium en ammoniak. Deze stoffen zijn in kleine hoeveelheden al zeer giftig voor vissen. Speciale bacteriën, de zogenaamde Nitrosomonas, zetten ammoniak om in nitriet, dat eveneens gevaarlijk is voor koi. Vervolgens zetten andere bacteriën, zoals Nitrobacter en Nitrospira, nitriet om in nitraat. Nitraat is de minst schadelijke vorm van stikstof en dient als voeding voor waterplanten. Door waterwissels voert u een te veel aan nitraat af.

Voor dit hele proces is zuurstof onmisbaar. Zonder zuurstof stoppen bacteriën met hun werk en hopen afvalstoffen zich snel op. Daarom is een goede watercirculatie en beluchting essentieel. Daarnaast speelt het filter een sleutelrol. Hier nestelen zich de nuttige bacteriën die de stikstofcyclus draaiende houden. Spoel filtermateriaal nooit schoon met kraanwater, want dat doodt deze bacteriën direct. Gebruik altijd vijverwater. Na onderhoud, medicijngebruik of hevige regen is het verstandig bacteriën bij te doseren om het evenwicht te ondersteunen.

De zes belangrijkste waterwaarden

Een vijver kan er nog zo mooi uitzien, zonder stabiele waterwaarden is het biologisch evenwicht kwetsbaar. De pH-waarde, oftewel de zuurgraad van het water, moet stabiel blijven tussen de 7,0 en 8,5. Schommelingen zijn schadelijk en bij een hogere pH wordt ammonium sneller omgezet in giftig ammoniak. De KH, of carbonaathardheid, fungeert als buffer en voorkomt dat de pH ineens stijgt of daalt. Zonder voldoende KH kunnen gevaarlijke zuurschokken optreden.

De GH, de totale hardheid, geeft aan hoeveel calcium en magnesium het water bevat. Deze mineralen zijn belangrijk voor planten en voor de osmoregulatie van vissen. Verder zijn ammoniak en nitriet stoffen die in een gezonde vijver helemaal niet meetbaar mogen zijn. Zelfs lage waarden kunnen vissen ernstig verzwakken. Nitraat, het eindproduct van de stikstofcyclus, is minder schadelijk maar moet onder de 50 mg per liter blijven. Te hoge nitraatwaarden zorgen voor overmatige algengroei en een slechte plantengroei. Door wekelijks te meten weet u precies waar u staat en kunt u tijdig ingrijpen.

Meten is weten

Het regelmatig meten van de waterkwaliteit is de enige manier om problemen voor te zijn. Teststrips geven een snelle indruk van de belangrijkste waarden, maar zijn minder nauwkeurig en gevoelig voor de houdbaarheidsdatum. Voor een betrouwbare meting kiest u beter voor druppeltests. Deze zijn betaalbaar, nauwkeurig en geschikt voor wekelijks gebruik. Wie vaker meet of een probleem wil oplossen, kan gebruikmaken van digitale meters. Deze geven zeer precieze waarden, vooral bij pH-metingen, maar vragen om regelmatige kalibratie en goed onderhoud.

Om metingen consistent te houden, is het belangrijk altijd op hetzelfde tijdstip te meten, bij voorkeur ’s ochtends. Noteer de waarden direct in een logboek en herhaal een meting bij afwijkende resultaten. Gebruik voor druppeltests altijd schone cuvetten en kalibreer digitale meters regelmatig met bufferoplossingen. Zo bouwt u een betrouwbaar overzicht op en kunt u trends herkennen.

Oorzaken van troebel of groen water

Troebel of groen water ontstaat bijna nooit door één oorzaak. Vaak spelen meerdere factoren tegelijk. Een pas aangelegde vijver heeft nog te weinig bacteriën om afvalstoffen af te breken. Vijvers die de hele dag in de zon liggen, krijgen sneller last van zweefalgen. Te veel vissen of overmatig voeren zorgen voor een overschot aan voedingsstoffen. Daarnaast zorgen bladeren, slib of een slecht onderhouden filter voor extra belasting. Het resultaat is dat algen de overhand nemen en het water groen of melkachtig wordt. Een muffe geur of schuimvorming kan erop wijzen dat er rottingsprocessen plaatsvinden door zuurstofgebrek.

Van troebel naar helder: stappenplan

Een vijver herstellen begint altijd met meten. Breng de pH, KH, GH, ammoniak, nitriet en nitraat in kaart. Daarna is het belangrijk om kritisch te kijken naar het visbestand en het voer. Verminder de hoeveelheid voer en zorg dat vissen alles binnen enkele minuten opeten. Controleer vervolgens de filtercapaciteit. Is het filter groot genoeg en spoelt u het op de juiste manier schoon? Vergeet ook de UV-C lamp niet: deze moet jaarlijks vervangen worden en de quartz sleeve moet schoon zijn.

Voeg voldoende zuurstofplanten toe en belucht extra bij warm weer of bij een lage zuurstofwaarde. Verwijder bladeren en slib met een schepnet of vijverstofzuiger en voorkom nieuw organisch afval door een afdeknet te plaatsen. Tot slot is het verstandig regelmatig een kleine waterwissel van 10 tot 15 procent uit te voeren en het water te stabiliseren met een bacterieboost.

Zuurstofplanten: onmisbaar voor helder water

Zonder zuurstofplanten is het onmogelijk een vijver in balans te houden. Deze planten nemen voedingsstoffen op die anders door algen worden gebruikt en zorgen tegelijk voor zuurstof in het water. Plaats minstens vier tot vijf bosjes zuurstofplanten per 1000 liter water en combineer verschillende soorten zodat de vijver het hele jaar door profiteert. Bekende soorten zijn hoornblad, fonteinkruid en waterpest.

Plaats zuurstofplanten niet direct in de harde stroming van de pomp en ververs planten die uitgeput raken ieder jaar. Houd er rekening mee dat planten ’s nachts zuurstof verbruiken. Bij warme zomernachten kan extra beluchting daarom nodig zijn.

Visbestand en voeren

Een gezonde vijver staat of valt met een goed gekozen visbestand. Te veel vissen zorgen voor een overbelasting van het filter en maken de kans op slechte waterkwaliteit groot. Houd daarom als richtlijn aan dat er maximaal twee koi per 1000 liter water kunnen worden gehouden, afhankelijk van hun formaat.

Ook het voerregime is cruciaal. Geef kleine porties die binnen twee tot drie minuten zijn opgegeten. Voer liever vaker kleine beetjes dan één keer veel. Stem het voer af op de seizoenen: in de zomer hebben koi meer energie en eiwitrijk voer nodig, terwijl in de herfst en lente licht verteerbaar voer beter is. Restvoer en slib op de bodem veroorzaken ammoniakpieken en moeten altijd worden vermeden.

Algen bestrijden zonder chemische middelen

Veel vijverhouders grijpen snel naar chemische middelen om algen tegen te gaan. Deze middelen pakken echter alleen het symptoom aan en verstoren vaak het biologische evenwicht. Kies daarom liever voor duurzame maatregelen. Draadalgen kunt u handmatig verwijderen met een schepnet of stok. Zweefalgen bestrijdt u effectief met een goed werkende UV-C lamp. Verminder daarnaast de hoeveelheid voedingsstoffen door minder te voeren en regelmatig slib en bladeren te verwijderen.

Zorg ook voor voldoende schaduw in de vijver, bijvoorbeeld met drijfplanten. UV-C units werken uitstekend tegen zweefalgen, maar vervangen nooit een biologisch filter. De combinatie van beide systemen is het meest effectief.

Filtratie en circulatie: het hart van de vijver

Een krachtig filtersysteem bepaalt de stabiliteit van uw vijver. Richt u op een omloopsnelheid waarbij het water ongeveer eens per twee uur volledig door het filter gaat. Combineer mechanische filtering, die vuildeeltjes uit het water haalt, met biologisch filtermateriaal dat plaats biedt aan bacteriën. Spoel filtermedia altijd met vijverwater om bacteriën te behouden.

Let ook op de pomp en leidingen. Een te kleine pomp of te lange en smalle leidingen zorgen voor te weinig doorstroming. Hoe korter en breder de leidingen, hoe beter de circulatie. Controleer regelmatig of het water vrij kan stromen en pas uw systeem aan wanneer de belasting groter wordt.

Water verversen en bacteriën aanvullen

Door regelmatig water te verversen blijft de waterkwaliteit stabiel. Wissel wekelijks of tweewekelijks 10 tot 15 procent van het water en gebruik leidingwater in plaats van regenwater. Regenwater is vaak te zuur en bevat weinig mineralen. Door kleine hoeveelheden vaker te verversen in plaats van een grote hoeveelheid in één keer, voorkomt u schommelingen in de waterwaarden.

Na grote ingrepen, zware regen of een behandeling met medicijnen is het verstandig bacteriën bij te doseren. Zo helpt u het biologisch evenwicht sneller herstellen en voorkomt u problemen.

Seizoensinvloeden

De seizoenen hebben grote invloed op de waterkwaliteit. In de lente komen bacteriën langzaam op gang. Vaak ziet u tijdelijke pieken van ammoniak en nitriet. Meet daarom extra vaak en voeg indien nodig bacteriën toe. In de zomer is zuurstof schaars in warm water en neemt de kans op algen toe. Extra beluchting en controle van de UV-C lamp zijn dan cruciaal.

In de herfst zorgen afstervende planten en vallende bladeren voor extra organisch afval en een stijging van de nitraatwaarde. Een afdeknet helpt bladval te voorkomen. In de winter vertraagt de biologie in de vijver. Voer niet als de temperatuur onder de 10 graden komt en zorg dat er altijd een opening in het ijs blijft zodat schadelijke gassen kunnen ontsnappen.

Veelgemaakte fouten

Er zijn enkele veelvoorkomende fouten die eenvoudig te voorkomen zijn. Overvoeren is er één van. Restvoer leidt tot ammoniakpieken en slechte waterkwaliteit. Spoel filters nooit schoon met kraanwater, want hierdoor sterven nuttige bacteriën. Maak liever één filterkamer tegelijk schoon met vijverwater. Pas ook op met het corrigeren van de pH of KH; doe dit altijd geleidelijk om stress bij vissen te voorkomen.

Een andere fout is een te volle vijver. Te veel vissen maken het onmogelijk het biologisch evenwicht te bewaren. En hoewel UV-C apparaten effectief zijn tegen zweefalgen, moeten ze nooit als wondermiddel worden gezien. Alleen in combinatie met een biologisch filter leveren ze blijvend resultaat.

Conclusie en actieplan

Een kristalheldere vijver ontstaat door meten, stabiele biologie en de juiste techniek. Begin deze week met drie stappen: meet de belangrijkste waterwaarden en noteer ze in een logboek, controleer de capaciteit van uw filter en UV-C systeem, en ververs 10 tot 15 procent van het water waarbij u bacteriën toevoegt.

Door deze basisprincipes consequent toe te passen houdt u uw vijver gezond, blijven uw koi sterk en geniet u het hele jaar door van helder water.

Vergelijk producten0